-
1 zich bereid verklaren
гл.общ. изъявлять готовность -
2 zich tot iets bereid verklaren
zich tot iets bereid verklarense déclarer disposé à faire qc. -
3 zich tot iets bereid verklaren
zich tot iets bereid verklarenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich tot iets bereid verklaren
-
4 bereid
1 [geen bezwaren hebbend] disposé (à)2 [gereedgemaakt] prêt♦voorbeelden:1 zich tot iets bereid verklaren • se déclarer disposé à faire qc.iemand tot iets bereid vinden • trouver qn. disposé à faire qc.bereid zijn om te helpen • être prêt à aider (qn.)tot alles bereid zijn • être prêt à tout -
5 bereid
2 [genegen te doen] ready, willing ⇒ disposed3 [gereedgemaakt] ready, ready-made♦voorbeelden:2 ik ben gaarne bereid u te helpen • I shall be glad/pleased to help youtot alles bereid zijn • be prepared to do anything -
6 anerbieten
anerbieten, sich -
7 anheischig
anheischig〈 formeel〉♦voorbeelden:¶ sich anheischig machen • zich aanbieden, zich bereid verklaren -
8 sich anheischig machen
zich aanbieden, zich bereid verklaren -
9 изъявлять готовность
vgener. zich bereid verklarenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > изъявлять готовность
-
10 consent
n. toestemming; er mee instemmen--------v. stemt toe; is het er mee eensconsent1[ kənsent] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 toestemming ⇒ instemming, goedkeuring♦voorbeelden:————————consent2〈 werkwoord〉1 toestemmen ⇒ zijn goedkeuring/toestemming geven, zich bereid verklaren♦voorbeelden: -
11 изъявлять готовность
vgener. zich bereid verklaren -
12 erbieten
-
13 open
adj. open; bloot; eerlijk; vrij (een baan is beschikbaar)--------n. open plaats; ruimte; openlucht--------v. openen; openmaken ; beginnen; alert zijn; openen (bij zang); openen (van benen)open1[ oopən] 〈zelfstandig naamwoord; the〉♦voorbeelden:bring into the open • aan het licht brengen, bekend/openbaar makencome (out) into the open • open kaart spelen 〈 van iemand〉; aan het licht komen, ruchtbaarheid krijgen 〈 van iets〉in the open • buiten(shuis), in de open lucht; in het open/vrije veld, op het land; in volle zee————————open21 open ⇒ geopend; met openingen; onbedekt, niet (af/in)gesloten, vrij2 open(staand) ⇒ beschikbaar, onbeschut; vacant; onbeslist, onbepaald3 openbaar ⇒ (algemeen) bekend, duidelijk, openlijk4 open(hartig) ⇒ oprecht, mededeelzaam♦voorbeelden:open book • open(geslagen) boekkeep one's eyes open • goed opletten, uitkijken〈 figuurlijk〉 with one's eyes open • bij zijn/haar volle verstand, weloverwogen〈 figuurlijk〉 you bought that old car with your eyes open • je wist wat je deed toen je die oude auto kochtopen harbour • ijsvrije havenopen passage • vrije doorgangopen prison • open gevangenisopen sandwich • canapé, belegde boterhamin the open air • buiten(shuis), in de open luchtopen to • toegankelijk vooropen question • open vraagopen return ticket • retourkaartje geldig voor onbepaalde duur〈 juridisch〉 open verdict • juryuitspraak met betrekking tot een overlijden waarbij geen melding wordt gemaakt van de juiste doodsoorzaakit is open to you to • het staat je vrij tethere are four courses open to us • we kunnen vier dingen doen/wegen inslaanlay oneself (wide) open to • zich (helemaal) blootstellen aanthrow open • opengooien, openstellen 〈 bijvoorbeeld voor publiek〉open hostilities • openlijke vijandighedenopen letter • open briefopen secret • publiek geheimbe open with • open kaart spelen metopen day • open dag/huisopen examination • openbaar examenopen shop • werkplaats waar zowel leden als niet-leden van een vakvereniging mogen werkenwith open hands/an open hand • gul, royaalkeep open house • erg gastvrij zijnopen marriage • vrij/open huwelijkhave/keep an open mind on • openstaan voorwith open mouth • sprakeloos van verbazinglay oneself open to ridicule • zich belachelijk makenbe open to an offer • bereid zijn een aanbod in overweging te nemen————————open31 opengaan ⇒ (zich) openen, geopend worden4 opendoen ⇒ de deur openen; (een boek) openslaan♦voorbeelden:open into/onto the garden • uitkomen in/op de tuin4 I opened at page 58 • ik deed/sloeg het boek open op bladzijde 58II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 openen ⇒ voor geopend verklaren, starten3 openleggen ⇒ toelichten, openlijk meedelen4 openstellen ⇒ ontvankelijk/vatbaar maken, verruimen♦voorbeelden:open a credit • een krediet openenopen a new road through the jungle • een nieuwe weg aanleggen door de rimboeopen fire at/on • het vuur openen op
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский